Wat betekent viagem in Portugees?
Wat is de betekenis van het woord viagem in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van viagem in Portugees.
Het woord viagem in Portugees betekent trip, reis, reizen, reizen, rit, trip, trip, reis, snoepreisje, reis, reis, reizen, goede reis, goeie reis, Goede reis, Fijne vakantie, backpacken, kanoën, kanovaren, weekendtas, reistas, reistas, weekendtas, ruimtevaart, globetrotten, luchtvaart, eerste reis, excursie, werkvakantie, reiskosten, een uitstapje nemen, vliegklaar, Goede reis, bootreis, zeereis, vaart, ruimtereis, onbeperkt reiskaartje, op reis gaan, afhaal-, meeneem-, draagtas. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord viagem
trip, reissubstantivo feminino Diverti-me na viagem. |
reizensubstantivo feminino Meu irmão gosta de viagens ao exterior. |
reizensubstantivo feminino Ele encontrava muitas pessoas em suas viagens. |
rit, tripsubstantivo feminino Foi uma viagem agradável pelas montanhas de West Virginia. |
tripsubstantivo feminino (drogas) (drugs) Jerry teve uma viagem ruim. |
reissubstantivo feminino Fizemos uma viagem por toda a América do Sul. |
snoepreisjesubstantivo feminino (às custas do dinheiro público) (inf., van belastinggeld) |
reissubstantivo feminino (duração) A cidade está a três dias de viagem a cavalo daqui. |
reissubstantivo feminino (longa viagem) O grupo saiu em jornada para uma terra distante. |
reizensubstantivo feminino |
goede reis, goeie reis
|
Goede reisinterjeição |
Fijne vakantieinterjeição |
backpacken(anglicisme) As viagens de mochila são a maneira mais econômica de viajar. |
kanoën, kanovaren
|
weekendtas, reistas
|
reistas, weekendtas
|
ruimtevaart
|
globetrotten
|
luchtvaart
|
eerste reis(navegação) (boot) |
excursiesubstantivo feminino A turma foi para uma viagem de campo no zoológico. |
werkvakantie
|
reiskosten(gastos com viagem de negócios) |
een uitstapje nemenlocução verbal |
vliegklaarlocução adjetiva (de avião) |
Goede reisinterjeição |
bootreis, zeereis, vaart
O capitão informou aos passageiros que a viagem marítima levaria aproximadamente oito horas. |
ruimtereis
|
onbeperkt reiskaartje
|
op reis gaanlocução verbal (viajar) |
afhaal-, meeneem-locução adjetiva (in samenstellingen) |
draagtas
Katie mantém seu kit de academia numa bolsa de viagem. |
Laten we Portugees leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van viagem in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.
Verwante woorden van viagem
Geüpdatete woorden van Portugees
Ken je iets van Portugees
Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.